Zoeken

Roofs 2011-04-10 Handmatig verwerken zware dak- en gevelelementen is verleden tijd

In opdracht van Dumebo DWS heeft TNO onlangs onderzoek gedaan naar de fysieke belasting bij het handmatig verwerken van metalen dakplaten. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat het handmatig plaatsen van deze dakplaten een te zware belasting vormt. Hoe hiermee om te gaan?

Roofs sprak hierover met branchemanager Ruud Huisman van Dumebo DWS en Ruud van Es, directeur van Cladding Partners te Oosterhout en lid van de commissie Arbo van Dumebo DWS. Het belang van een arbeidsvriendelijke verwerking van de metalen dakplaten kan volgens Ruud Huisman niet voldoende onderstreept worden. “We hebben te maken met vergrijzing. Het is maatschappelijk en economisch van groot belang dat werknemers langer door kunnen werken.” Het handmatig verplaatsen van metalen dakplaten is zwaar werk. Volgens het Arbobesluit is het maximale gewicht dat één werknemer 8 uur per dag, 5 dagen per week mag verplaatsen 25 kg. Bij zwaarder tillen zullen uiteindelijk met name de rug, het bekken en de schouders daar onder te lijden hebben.

Inspectie

Naar aanleiding van de inspectiemodule ‘Dakwerk-2009’ van de Arbeidsinspectie heeft branchevereniging Dumebo DWS eind 2009 op eigen initiatief contact gezocht met de Arbeidsinspectie. Metalen dakplaten hebben immers doorgaans een gewicht dat ruim boven 50 kg ligt. Bij het handmatig verplaatsen worden metalen dakplaten echter niet getild, maar versleept. De gedachte was dan ook dat de verwerker deze activiteit gewoon kon blijven uitvoeren. De Arbeidsinspectie verlangde hier echter een wetenschappelijke onderbouwing van.

“De Koninklijke Metaalunie voerde in 2009 onderzoek uit naar de arbeidsomstandigheden,” aldus Huisman. “De bedoeling was het onderzoek van Dumebo DWS hierbij mee te laten lopen, maar dit bleek uiteindelijk niet mogelijk. Met de Arbeidsinspectie was begin 2009 namelijk overeengekomen dat gedurende een jaar de metalen dakplaten tot maximaal 75 kg met vier personen handmatig verplaatst mochten worden. Daarop werd TNO ingeschakeld door de commissie Arbo van Dumebo DWS. Uitgangspunt van het onderzoek was het bepalen van de fysieke belasting en de effecten daarvan op de gezondheid van de monteurs van metalen dakplaten.”

BEGIN KADER

De Commissie Arbo van Dumebo DWS bestaat uit Bijlbouw, Cladding Partners, JG Systeembouw en Catsburg Dak- en Gevelbekleding (de verwerkers) en SAB-profiel, VIAVAC en Kingspan (de producenten en toeleveranciers).

EINDE KADER

Onderzoek

Tussen november 2010 en februari 2011 is tijdens bedrijfsbezoeken op verschillende projectlocaties door TNO onderzoek uitgevoerd. Het leggen van een plaat bestaat uit: lostrekken van de plaat uit het pakket; verplaatsen van de plaat (schuiven, duwen, trekken, slepen) naar de plek waar hij gelegd moet worden; het leggen (omklappen) van de plaat en (afhankelijk van het soort dak) aanduwen/aanschoppen van de plaat, vastschieten en op maat snijden.

Tijdens het onderzoek zijn de houdingen, bewegingen en afstanden bij deze werkzaamheden geobserveerd en op foto en video vastgelegd. Ook werden gegevens over de duur en frequentie van de werkzaamheden verzameld. Met behulp van meetapparatuur werden door TNO de geleverde krachten gemeten. Vervolgens werd volgens een formule (de zogeheten NIOSH-formule, zoals die te vinden is op www.arboportaal.nl) bepaald welke belasting deze krachten op het lichaam vormen.

Vastgesteld werd, dat de gemeten kracht bij het handmatig leggen van metalen dakplaten van het type 106 (het meest voorkomende type) op 10,2 m1 (2-veldsplaat) met een dikte van 0,75 mm piekbelastingen oplevert van ca. 78 kg. Dit is ver boven de toegestane grens en houdt dus in dat deze werkzaamheden een sterk verhoogd risico op rugklachten opleveren. Vooral het lostrekken van de platen uit het pakket (en deze omklappen) is een te zwaar onderdeel van de werkzaamheden en is dus voortaan uit den boze. Het verslepen / schuiven van de dakplaten over het reeds gelegde dakvlak mag, mits rechtop lopend, tot een plaatgewicht van 118 kg. Naar aanleiding van de conclusies van het onderzoek van TNO wordt momenteel gewerkt aan een nieuwe praktijkrichtlijn voor de verwerking. Het is de bedoeling dat deze per 1 juli 2011 van kracht wordt.

Hoe hiermee om te gaan?

“Dakelementen met een gewicht van meer dan 50 kg moeten voortaan mechanisch gelegd gaan worden,” aldus Van Es. “Vanaf 1 januari dit jaar geldt de inspectiemodule Dakwerk-2011 al (zie www.dumebo-dws.nl/Veilig werken) en de Arbeidsinspectie zal na 1 juli 2011 op het voorkomen van te hoge fysieke belasting daadwerkelijk gaan controleren. Dit betekent dat een aanpassing van de huidige werkwijze noodzakelijk is. Hoe dit in de praktijk wordt opgelost, zal per project verschillen. Vóór de bouwvak zal de branche beschikken over een nieuwe praktijkrichtlijn, daarbinnen zijn individuele bedrijven vrij om zelf invulling te geven aan de nieuwe situatie en een methode te ontwikkelen waarmee het werk veilig, gezond en productief kan worden uitgevoerd.”

Aan wat voor methoden moeten we dan denken? “Er zijn twee mogelijkheden om de dakplaten op het werk aan te leveren,” aldus Van Es. “Ten eerste ‘op zijn kop’, zoals we gewend zijn. Hierbij moet een kraan met platenklemmen (gekeurd materiaal) de plaat uit het pakket tillen en omdraaien. Hierna kan de dakplaat handmatig (mits dus rechtop lopend en met een maximaal plaatgewicht van 118 kg) naar de plaats geschoven worden. Hierbij is wel een maximale gemiddelde afstand bepalend. Ten tweede kan men de dakplaten ‘rechtop’ (positief) aanleveren. SAB-profiel kan dit reeds. In dit geval wordt de dakplaat door een giekkraan met een vacuümheffer uit het pakket getild en naar de gewenste positie gedraaid.”

Van Es: “De laatst genoemde optie is uiteraard optimaal, maar voor een keuze zijn veel projectgebonden items bepalend. Je moet hierbij denken aan mogelijke kraanposities, type dakplaat, lengte dakplaat, gewicht dakplaat, windgevoeligheid, verspringend leggen of niet, etc. De grote verandering is dat vroeger de kraan de pakketten op het dak loste en vervolgens weer inpakte. De klus zat er voor de machinist dan op. Voortaan blijft de kraan na het lossen staan om aansluitend alle dakplaten stuk voor stuk uit het pakket te halen.”

Innovaties

Alle partijen zullen moeten innoveren om de nieuwe situaties het hoofd te kunnen bieden. Diverse toeleveranciers zijn hier al volop mee bezig. Zo introduceerde SAB-profiel in samenwerking met VIAVAC onlangs de hierboven besproken vacuümheffer, waarmee dakplaten individueel mechanisch kunnen worden verplaatst (zie ook Roofs 3-2011). “Er zullen in de komende periode nog wel meer innovaties te melden zijn,” aldus Huisman. “We zullen in dit verband ook goed naar de Duitse markt moeten kijken. In Duitsland is het al langer verplicht om alle metalen dakplaten met behulp van de kraan op het dak aan te brengen. In Nederland zal dit ook de bouwpraktijk worden. De producenten en leveranciers zullen hier hun assortiment op moeten aanpassen, de verwerkers hun werkwijze en opdrachtgevers zullen hier in hun budgetten rekening mee moeten houden.”