Roofs 2008-02-12 Wat is het rendement van valbeveiliging?
Ter gelegenheid van de Week van de Veilige Bouw (8-12 oktober 2007) maakte het ministerie van SZW de ongevallencijfers bekend van de periode 1998-februari 2004. Het begeleidende persbericht sprak van een groot aantal gevallen van vallen van hoogte, als gevolg van ontbrekende veiligheidsplannen. Nog in diezelfde week, tijdens de Dag van het Veilige Dak, ageerde Peter van Leeuwen tegen de onduidelijkheid van deze cijfers en uitte hij zijn frustratie over de manier waarop momenteel met het thema ‘valbeveiliging’ wordt omgegaan.
De cijfers die op 8 oktober 2007 bekend werden gemaakt betreffen een analyse van de ongevallen in de bouwnijverheid (Bik code 45) die in de periode 1998-2004 bij de Arbeidsinspectie zijn gemeld en door de dienst zijn onderzocht. De analyse is bedoeld om een indruk te krijgen van de directe oorzaken en achterliggende oorzaken die tot de ongevallen hebben geleid. Naast een overzicht van getallen en percentages van typen ongelukken (vallen van dak of verdieping, vallen van ladder, contact met vallende objecten, etc.) worden ook de belangrijkste directe oorzaken aangegeven. Zo blijkt bijvoorbeeld dat in 31% van de ongelukken waarbij van het dak werd gevallen, de plannen en procedures voor het werken op hoogte ontbraken of niet toereikend waren. Aan de hand van deze analyses wordt gekomen tot een aantal aanbevelingen voor inspectiepunten voor de Arbeidsinspectie.
Suggestie
Peter van Leeuwen is preventiemedewerker bij J. de Kluyver Dakbedekkingen in Rhoon. Hij plaatst enkele kanttekeningen bij de analyse zoals die tijdens de Week van de Veilige Bouw werd gepresenteerd. “Groot probleem aan de cijfers zoals die werden gepresenteerd, is dat niet duidelijk is tot welke beroepsgroep de verongelukte hoort. Vallen van hoogte wordt veelal geassocieerd met een dakdekker. Zo valt uit de tabel op te maken dat in de genoemde periode 603 personen van een dak of verdieping zijn gevallen, daar bovenop nog eens 450 personen van een ladder en 382 personen van een steiger. Uit een andere tabel wordt echter duidelijk dat zich in dezelfde periode slechts 106 ongelukken met een dakdekker hebben voorgedaan. Ook de aard en ernst van het ongeluk wordt niet duidelijk uit de door het ministerie gepresenteerde cijfers. Wordt bij deze ongevallen ook de dakdekker gerekend, die zich verstapt en zijn enkel verzwikt? Of de dakdekker die zich met een hamer op de duim slaat? Zonder deze informatie suggereren de tabellen meer dan dat zij aantonen.”
En juist over deze suggestie windt Van Leeuwen zich op. “Als mijn opdrachtgevers deze cijfers zien, denken ze: ‘Wat zijn die dakdekkers toch een stelletje prutsers!’ Terwijl wij er alles aan doen om onze werknemers het werk zo veilig mogelijk uit te laten voeren. Maar je kunt nooit elk risico uitsluiten. Ongelukken gebeuren nu eenmaal. Maar van de wet mógen ongelukken niet gebeuren. De analyse staat naar mijn mening te weinig stil bij de achterliggende oorzaak van een ongeluk. Ik ben ervan overtuigd dat valongelukken zelden of nooit te maken hebben met het al dan niet ontbreken van de dakrandbeveiliging. Mijn ervaring is dat dakdekkers juist voorzichtiger zijn als de dakrandbeveiliging ontbreekt. Staat die er wel, dan leunen ze erop, het uitzicht zal er mooier zijn, en dat is nog veel gevaarlijker.”
“Ongelukken gebeuren als men niet voldoende geconcentreerd met het werk bezig is, als men te gehaast is, als men is afgeleid. Dat heeft in feite weinig te maken met het al dan niet aanwezig zijn van een valbeveiligingssysteem. Begrijp me goed: ik ben een groot voorstander van veilig werken en iedere val van het dak die door een valbeveiligingssysteem kan worden voorkomen juich ik toe. Probleem is echter dat niet duidelijk is of dat inderdaad het geval is: redt een dakrandbeveiliging inderdaad het leven van al die dakdekkers? Er zouden cijfers bekend moeten zijn van het aantal ongevallen dat plaatsvond vóórdat de branche begon met het plaatsen van hekken en paaltjes, en de huidige situatie. Is het aantal valongevallen daadwerkelijk gedaald? Ik heb grote problemen met de manier waarop het belang van valbeveiliging momenteel uit commerciële motieven wordt overdreven. We zitten met zijn allen gewoon te slapen.”
Boetes
Wat is het rendement van valbeveiliging? Dat is een reële vraag, en de vraag dient zich dan ook aan waarom deze cijfers, zelfs bij de brancheverenigingen Vebidak en SBD, niet bekend zijn. “Daar valt alleen over te speculeren,” aldus Van Leeuwen. “De enige verklaring die ik kan bedenken is dat men deze cijfers achterhoudt omdat de belangen te groot zijn. Er zijn teveel bedrijven en instanties die er een commercieel belang bij hebben dat het beeld van de dakdekker die elk moment van het dak kan vallen in stand blijft. Als zou blijken dat het effect van een valbeveiliging slechts beperkt is, valt de grond onder het boetesysteem vandaan, om maar een effect te noemen. De Arbeidsinspectie is een overheidsinstelling die zichzelf moet financieren. De Arbeidsinspecteur is feitelijk niet meer dan een mobiele flitspaal.”
Juist de dakenbranche is zeer actief aan de slag gegaan met het onderwerp ‘valbeveiliging’ en J.?de Kluyver Dakbedekking is een bedrijf dat zich in verband met hun gehanteerde Arbo managementsysteem OHSAS 18001 wil conformeren aan strenge bepalingen op dit gebied. “We doen er alles aan om de veiligheid op het dak zo goed mogelijk te regelen. Maar we kunnen het nooit helemaal goed doen, gewoonweg omdat de praktijk weerbarstig is. Er is op elk werk wel een moment waarbij het even niet volgens de regels kan. De Arbeidsinspectie zou iedere dakdekker in de kortste keren failliet kunnen krijgen. Men hoeft enkel maar het busje van een dakdekker te volgen naar het werk, en terplekke te wachten tot er een overtreding wordt begaan. Die vindt gegarandeerd meerdere keren per dag plaats. Een werk is nooit naar de letter van de wet uit te voeren. De wetgever ziet alles zwart-wit, maar op die manier is er geen werk meer uit te voeren. Je zou de vraag kunnen stellen in hoeverre de regelgeving voldoet, als geen dakdekker zich er voor 100% aan kan houden.”
“Boetebeleid is niet in belang veiligheid”
Van Leeuwen ageert tegen de huidige wijze van handhaving van de veiligheid. “Eén klein foutje met werkstillegging van ongeveer een minuut (de dakdekker bevond zich te dicht bij een dakrand zonder valbeveiliging) heeft een dik dossier opgeleverd, met de volgende zinsnede als eindresultaat. Ondanks de pluim die wordt uitgereikt, volgt een boete.”
“Gelet op het feit dat u de werkzaamheden (voldoende) heeft geïnventariseerd en op grond daarvan de nodige maatregelen heeft getroffen en deugdelijke, voor de arbeid geschikte arbeidsmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking van uw werknemer had gesteld en dat uw werknemer adequaat was geïnstrueerd, zou het regulier handelen overeenkomstig de beleidsregel tot nadelige gevolgen leiden die onevenredig zouden zijn tot de met de beleidsregel te dienen doelen. Derhalve acht ik matiging van het oorspronkelijke boetebedrag van €2700,00 met tweederde (…) geboden. Op grond van de constatering van de inspecteur heb ik het voornemen J.de Kluyver Dakbedekking Rhoon bv voor het hieronder staande beboetbaar feit een boete op te leggen van €900,00.”
Van Leeuwen: “Zulk boetebeleid, heren beleidsmakers, dient geen enkel doel!”
Van Leeuwen is het dan ook niet eens met de manier waarop momenteel boetes worden uitgedeeld. “Ondanks het feit dat de dakdekker zijn stinkende best doet om het allemaal voor elkaar te krijgen, krijgt hij nu dikwijls nog een trap in zijn rug. Tegenwoordig is het voorkomen van een boete de belangrijkste drijfveer om de veiligheid te regelen. Dat is toch te gek voor woorden? Dat is de verkeerde motivatie. Een boete levert alleen maar frustraties en irritaties op. Waarom worden bedrijven die een overtreding begaan niet verplicht een bepaald bedrag in veiligheidsvoorzieningen te investeren? Als mijn kinderen een onvoldoende halen op school, dan zeg ik: ‘Laat je schrift eens zien, eens kijken of jij je huiswerk wel hebt gemaakt’, en niet: ‘Je krijgt een maand geen zakgeld!’ Naar mijn mening vergeet de Arbeidsinspectie nogal eens dat ze te maken hebben met mensen.”
Van Leeuwen pleit daarom voor een eerlijke terugkoppeling van de cijfers, om inzichtelijk te maken wat het rendement van valbeveiliging is. Daarvoor is het nodig om ook het verhaal achter een ongeluk in kaart te brengen. Verder pleit hij voor een menselijke omgang van de regels die gelden op het gebied van werken op hoogte. “Momenteel worden dakdekkers bang en paranoia gemaakt, en dat is nooit bevorderlijk voor de veiligheid.”