Zoeken

Roofs 2004-01-03 Goede voornemens

          De goede zakelijke voornemens voor 2004 zijn als u deze column leest mogelijk bij velen alweer naar de achtergrond verdrongen door de dagelijkse druk(te). De inspanning te overleven in een dakbedekkingsmarkt waar de concurrentie groot is, maakt het immers noodzakelijk prioriteiten te stellen. Dat deze prioriteiten weinig ruimte bieden voor invulling van de goede voornemens is bekend. Er blijkt maar één wet te gelden in de dakenwereld: 'Zorg er maar voor dat je de goedkoopste bent'. In tijden van recessie wordt traditioneel gezocht naar goedkopere en/of eenvoudigere materialen en daksystemen. Als hier de ondergrens (in te nemen risico's) in is bereikt, zoeken we naar nog goedkopere 'dakdekkers' en laten we deze in onderaanneming het werk uitvoeren. Het lijkt ook niet mee te vallen om hieraan te ontkomen. In het bouwproces komt de dakdekker traditioneel als een van de laatste op de bouwplaats en wordt hij veelal gedwongen het te krap gekozen budget weer passend te maken. De oorspronkelijk kritische opdrachtgever lijkt dan vergeten dat duurzame kwaliteit geld kost en voert de onderhandelingen met het mes op tafel. Zo is de dakenbranche getraind in het zoeken naar de goedkoopste oplossingen om een dak 10 jaar waterdicht te maken. Wat mij betreft moet de dakenbranche deze wil te zoeken naar nog goedkopere oplossingen doorbreken en zonodig blokkeren. Vanzelfsprekend moet opgemerkt worden dat er niets tegen goedkopere daken in te brengen is, zolang de kwaliteit gewaarborgd is. Voorkomen moet worden dat de ondergrens (en de te nemen risico's voor de dakdekker) steeds verder in negatieve zin verlegd wordt. Een individueel bedrijf kan het verleggen van ondergrenzen niet voorkomen. Alleen de gezamenlijke dakenbranche kan de ondergrens bewaken en deze (en dit is in mijn visie noodzakelijk) jaarlijks in positieve zin aanpassen. Het gezamenlijke belang zal dan ondanks de dagelijkse druk(te) ook zijn plaats moeten vinden bij de individuele bedrijven. Toonaangevende organisaties als Vebidak, Dakmerk en BDA kunnen dit niet zonder de medewerking van de dakdekkersbranche. Het is om die reden van belang alle stemmen uit onze branche te laten horen om mee te werken aan het bewaken van de ondergrens en deze aan te passen. Een praktisch voorbeeld van een op de ondergrens balancerende materiaaltoepassing is de dampremmende laag van PE-folie in een dakbedekkingsconstructie. Dit is voor de dakdekker een praktisch onmogelijk goed te verwerken product. De weersomstandigheden hebben een te grote invloed op de verwerkbaarheid. In combinatie met de brandmethode zijn er kunstgrepen noodzakelijk om, in de detaillering, er een nog enigszins functionele aansluiting van te maken. Al jaren hoor ik de negatieve commentaren over de toepassing van deze laag van de dakdekkers aan. Het moet toch mogelijk zijn de 'traditionele' PE-folie als dampremmende laag van de daken te verbannen en hiervoor een goed alternatief toe te passen of te ontwikkelen? Naast de inzichten van de toonzettende organisaties zijn de dakdekkersbedrijven mede afhankelijk van wat de leverancier/fabrikant hen kan leveren. Gesteld kan worden dat het assortiment in de tijd gezien weinig spectaculair wijzigt. Productontwikkeling blijft ten opzichte van andere branches achter. Er liggen, gezien de nog steeds grootschalige toepassing van PE-folie, grote kansen voor leveranciers en fabrikanten voor de introductie van een goed verwerkbare dampremmende laag. Naast dit voorbeeld zijn er nog vele materiaal- en systeemtoepassingen die op de ondergrens balanceren. Met het voornemen niet steeds individueel aan ondergrenzen, zoals vastgelegd in de Vakrichtlijn, te tornen, maar ons juist te richten op het positief aanpassen van de ondergrens, kan de neerwaartse spiraal in alle opzichten doorbroken worden. De dakdekkers krijgen het gemakkelijker als zij de kans krijgen met goed verwerkbare materialen betere daken te maken. De toonaangevende organisaties kunnen zich dan inspannen voor innovatie zonder dat zij zich alleen maar druk hoeven te maken over ondergrenzen en behoud van bijbehorende kwaliteit. De leveranciers en fabrikanten worden uitgedaagd producten te ontwikkelen die op deze nieuwe filosofie aansluiten. Blijft staan dat de opdrachtgever overtuigd moet raken van het gegeven dat deze inspanning weliswaar extra geld kost, maar ook leidt tot een duurzaam hogere kwaliteit. De voornemens van de dakenbranche ken ik niet. Zelf zal ik in 2004 vol goede moed werken aan het doorbreken van de neerwaartse spiraal. Ik hoop dat velen zich hierbij aansluiten. Nic-Jan Bruins